Introductie

Dit document legt uit hoe je synchronisaties met de Zivver Synctool kunt automatiseren via de Windows Taakplanner. De Synctool heeft geen ingebouwde functie om automatisch uit te voeren, daarom moet de Taakplanner worden gebruikt om synchronisaties te automatiseren.

Windows Taakplanner instellen

1. Open Taakplanner vanuit het Windows-menu.
2. Klik in het rechterpaneel op Create Basic Task….
3. Voer een naam in.
   Bijvoorbeeld: Zivver Synctool
4. Klik op Next >.
5. Selecteer Daily.
6. Klik op Next >.
7. Kies een tijd die je uitkomt.
   Zivver raadt aan om een tijd buiten kantooruren te selecteren.
8. Klik op Next >.
9. Selecteer Start a program.
10. Klik op Next >.
11. Blader naar de Synctool-map en dubbelklik op het Zivver.Synctool uitvoerbare bestand.

12. Bij Add arguments (optional): voer de volgende parameters in:
    -s
    Dit zal de Synctool op de achtergrond draaien (Silent Mode). Deze parameter is vereist om de Synctool automatisch uit te voeren.
    -p "Full-path-and-file-name"
    Open het Synctool-profiel, klik op Profile > Profile details en kopieer en plak de hele string onder Profile location.
    -p "c:\zivver\configuration\account-synchronisation.xml"

    Het argumentveld voor het uitvoeren van twee profielen in de Synctool ziet er meestal als volgt uit:
    -s -p "c:\zivver\configuration\account-synchronisation.xml"

13. Klik op Next >.

14. Klik op Finish.
    

    Als je meerdere synchronisatieprofielen wilt uitvoeren, moet je een nieuwe Action maken in de geplande taak voor elk synchronisatieprofiel dat je wilt uitvoeren.

Hoe weet je of het gelukt is?

Je kunt de taak vinden in de Task Scheduler Library en deze handmatig uitvoeren om te controleren of de taak werkt. Als de taak correct werkt, zie je nieuwe accounts in het Zivver-beheerdersportaal of vind je logs in de geconfigureerde logs en evenementenmap.

Beveiligingsopties

Open Properties van je Synctool-taak door erop te dubbelklikken in de Task Scheduler Library. Bij Properties kun je aangeven of je de taak wilt uitvoeren, ongeacht of de gebruiker is ingelogd of niet. Zivver raadt aan deze functie in te schakelen. Als je deze optie niet inschakelt, worden Zivver-accounts niet automatisch bijgewerkt wanneer de gebruiker die aan de taak is toegewezen, niet is ingelogd.

Rechten Log on as batch job inschakelen

De onderstaande stappen beschrijven hoe je het serviceaccount de rechten Log on as batch job kunt geven.

1. Druk op de toetsen Win + R op je toetsenbord om het dialoogvenster Uitvoeren te openen.
   
2. Typ in het dialoogvenster Uitvoeren secpol.msc.
   
3. Druk op Enter om de editor voor Lokale beveiligingsinstellingen te openen.
   
4. Zoek in het venster Lokale beveiligingsinstellingen naar de map Lokale beleidsregels in het menu aan de linkerkant.
   
5. Vouw Lokale beleidsregels uit door op de pijl ernaast te klikken.
   
6. Klik op Toewijzing gebruikersrechten om de beschikbare beleidsregels in het rechterdeelvenster weer te geven.
   
7. Scrol in de lijst met beleidsregels aan de rechterkant naar Log on as a batch job.
   
8. Dubbelklik op Log on as a batch job om de eigenschappen te openen.
   
9. Klik in het dialoogvenster met het beleid op de knop Gebruiker of groep toevoegen….
   
10. Klik in het venster dat verschijnt op Geavanceerd… om de geavanceerde zoekopties te openen.
    
11. Klik op Nu zoeken om een lijst met beschikbare accounts te zien.
    
12. Selecteer het serviceaccount uit de lijst of typ handmatig de accountnaam in (bijvoorbeeld Domein\Accountnaam voor domeinaccounts of .\LokaleAccountnaam voor lokale accounts).
    
13. Klik op OK om de selectie te bevestigen en het venster te sluiten.
    
14. Klik in het dialoogvenster Gebruikers, computers, serviceaccounts of groepen selecteren op OK.
    
15. Klik in het beleidvenster op Toepassen om de wijzigingen op te slaan.
    
16. Klik op OK om het dialoogvenster te sluiten.
    
17. Nadat de wijzigingen zijn opgeslagen, sluit je het venster Lokale beveiligingsinstellingen.
    Afhankelijk van je systeemconfiguratie kan het nodig zijn om opnieuw op te starten om de wijzigingen door te voeren.
    
18. Start, indien nodig, de server opnieuw op om ervoor te zorgen dat het beleid wordt toegepast.